Maatschappij – meningen, schelden en ‘echte discussies’
Maatschappij – meningen uiten, schelden en ‘echte discussies’
- We leven in een tijd van grote maatschappelijke-, technologische- en klimaatveranderingen.
- Dat betekent dat op allerlei terreinen bestaande zekerheden, omgangsvormen e.d. niet meer vanzelfsprekend zijn, of zelfs niet meer werken. Denk aan het racisme debat of de ‘omgangsvormen’ op social media.
- Een onafhankelijk en neutraal discussieplatform is nodig om de verzuilde groepen weer met elkaar in gesprek te brengen. Alleen dan vinden er echte discussies plaats en komen we tot echte oplossingen.
- Er zal daarom een platform moeten komen waarin een gekozen onafhankelijke raad van journalisten en wetenschappers discussies voorbereiden en begeleiden.
- Het ‘maatschappelijk debat’ tussen de instituties onderling kan dan weer gevoed worden door meningen van burgers.
Maatschappelijke veranderingen en onze comfortzone
We leven in een tijd waarin grote maatschappelijke-, technologische- en klimaatveranderingen plaatsvinden. Dat betekent dat op een aantal terreinen bestaande zekerheden, omgangsvormen, relaties en intenties niet meer vanzelfsprekend zijn, of zelfs niet meer werken. Op sommige terreinen moeten we misschien wel terug naar iets dat we toch achter ons hadden gelaten? Op andere terreinen moeten we weer vechten voor iets wat we toch al hadden bevochten? Dat ligt buiten de comfortzone van veel mensen. Dat is, denken wij, ook een van de oorzaken van het verzet hiertegen.
Toch zullen we de discussie moeten aangaan. We moeten zekerheden tegen het licht houden en waar nodig opnieuw formuleren. En bij voorkeur samen. Denk aan discussies over onze Nederlandse identiteit, het groeiende racismedebat, vluchtelingen, rol godsdiensten als islam. We kunnen dit samen oplossen als we hier echt samen over praten (en dat is iets anders dan pingpongen op de sociale media).
Maatschappelijk debat
Het maatschappelijk debat vindt meestal niet bij de burgers plaats, dan wel wordt hun mening daarin niet verwerkt. Meestal is het maatschappelijk debat de discussie die plaats vindt in instituties als overheden en de leden van de Polder (VNO-NCW, vakbonden, grote instituties als CPB) e.a. Parallel daaraan vinden er allerlei debatten online plaats, die meestal geen schoonheidsprijs verdienen als het gaat om de kwaliteit van het debat. Uit taktisch-politieke overwegingen wordt daar in Den Haag dan wel weer analyses van gemaakt, om de ‘stemming’ te peilen en zeker te weten dat er geen impopulaire maatregelen worden genomen.
Reaguurders vs. zwijgende meerderheid
Online communicatie en de mogelijkheid zich te verschuilen achter een anoniem gebruikersnaam werkt kennelijk niet op alle gebieden. Ontbrekende sociale controle levert bedreigingen en scheldpartijen op. Mensen worden daardoor monddood gemaakt, die net zoveel recht hebben om hun mening te uiten. En discussies verharden naar de uitersten waartussen geen middenpositie mogelijk lijkt.
Het is een optie om zoiets te maken als een ‘wall of shame’ naast een ‘wall of fame’. Uitspraken van ‘reaguurders’ die de grenzen overschrijden worden daarop met hun gebruikersnaam geplaatst. Platforms kunnen dit gebruiken om die gebruikers te weren. Vanzelfsprekend moeten we dit nog samen uitwerken, ook in relatie tot de zo cruciale privacy.
Vrijheid van meningsuiting en vrijheid van beledigen
Vrijheid van meningsuiting is wat ons betreft zeer vergaand. Dat betekent dat iedereen alle meningen kan uiten over bijv. politieke stromingen, godsdiensten, historische en religieuze figuren en gebeurtenissen. Vrijheid van meningsuiting gaat om het uiten van een mening. Dat is niet hetzelfde als ‘vrijheid van beledigen’. Vrijheid van belédigen, van levende personen, wordt altijd al beperkt door wettelijke grenzen. De spelregels daarvoor moeten we nog duidelijker maken. De discussie daarover kan niet alleen geleid worden door de voorstanders van de vrijheid van beledigen.
Waar vrijheid van meningsuiting strijdt met het recht om de godsdienst te belijden
Indien nodig zullen we de Grondwet moeten wijzigen om, als dat juridisch gezien mogelijk is, vast te leggen dat de vrijheid van meningsuiting altijd zwaarder weegt dan het recht om de godsdienst te belijden.
NB: Grondwet Artikel 6: Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.
Echte discussies
Dit werkt alleen als we elkaar niet, tijdens dat proces, meteen de maat nemen of veroordelen. De kunst bij deze lastige onderwerpen is gek genoeg niet om het met zijn allen eens te worden.
De kunst is om 1) er zo met elkaar over te praten dat iedereen een even grote stem heeft, en 2) dat we niet voor de ander invullen waarom hij of zij dat zegt. Pro-Sinterklaas is niet perse racistisch, als de ander er niets racistisch bij denkt. Voor sommigen is het wel kwetsend. Daar kunnen we het dan over hebben.
En na die discussie: dan moeten we ermee kunnen leven dat we het niet allemaal eens zijn. Zelfs als we elk voor onszelf het standpunt van die ander vreselijk en beledigend vinden. Dat hoort namelijk bij vrijheid van meningsuiting: je eigen mening kunnen uiten, maar ook snappen dat die ander diezelfde vrijheid heeft. En die ander heeft dus misschien wel een andere kwetsende mening ….
Kwaliteit van discussie
Veel online discussies worden gevoerd op het scherpst van de snede, deels door genoemde reaguurders. Er is o.a. daardoor een zwijgende meerderheid ontstaan, die zich ver houdt van die discussies. Daarnaast bleek bij het Oekraïne- en Brexit-referendum dat er tot na het referendum misverstanden waren over de meest basale feiten en consequenties. Ook is het voor de meesten van ons lastig om overzicht te krijgen over alle feiten en meningen, o.a. door de overvloed aan informatie op het web. Daarbij is het dan vaak ook nog onduidelijk of de informatie goed en betrouwbaar is.
Platform
Er zal daarom een platform moeten komen waarin een gekozen onafhankelijke raad van journalisten en wetenschappers discussies voorbereiden en begeleiden. Feiten, argumenten en posities worden geordend en helder gepresenteerd. Dit platform zal toegankelijk moeten zijn voor Nederlanders van LBO tot HBO/WO-niveau. Hopelijk gaat dan ook de ‘zwijgende meerderheid’ meer meedoen.
NB: dit platform is al bedacht en in Beta gemaakt, voor journalisten. Het zal overigens nooit op een commercieel platform kunnen worden ingericht, omdat het doel van platforms als Facebook, Twitter etc. is om geld te verdienen aan advertenties en het verkopen van privé-gebruikersdata. Daarnaast is het niet in hun belang om transparant te zijn.